Nadere vragen over het gebruik van clus­ter­mu­nitie in Oekraïne


Indiendatum: 7 jun. 2024

Nadere vragen van de leden van de Partij voor de Dieren n.a.v. nota naar aanleiding van het verslag 36 410 V stuk E

Vraag 1

Uit uw antwoord leiden de leden af dat Oekraïne de NAVO niet informeert omtrent het inzetten van clustermunitie. Bent u bereid bij door Nederland te leveren militaire steun als voorwaarde te stellen dat Oekraïne u informeert omtrent het gebruik van clustermunitie?

Vraag 2

U schrijft dat de Nederlandse regering landen die geen partij zijn bij het verdrag inzake clustermunitie zoals Oekraïne ontmoedigt clustermunitie te gebruiken.Wanneer en op welke wijze heeft Nederland met Oekraïne contact gehad omtrent het gebruik van clustermunitie en op welke wijze heeft de ontmoediging plaatsgevonden?

Vraag 3

Na uw mededeling in uw antwoord over het ontmoedigen vervolgt u “Tegelijkertijd erkent het kabinet het recht van Oekraïne om zich te verdedigen tegen de voortdurende Russische agressie in de lijn met artikel 51 van het VN-handvest”. Impliceert dit dat u van oordeel bent dat het recht op zelfverdediging medebrengt dat Oekraïne het recht heeft om clustermunitie te gebruiken?

Vraag 4

Terecht erkent u dat de term ‘shall’ uiting geeft aan het juridisch bindende karakter van het verdrag. Erkent u daarmee dat Nederland juridisch gehouden is om al het mogelijke te doen om het gebruik van clustermunitie te voorkomen?

Vraag 5

Vloeit uit artikel 21, tweede lid van de Convention on Cluster Munitions de juridische verplichting voort voor landen die daarbij zijn aangesloten om bij het leveren van militaire steun aan Oekraïne als voorwaarde te stellen dat Oekraïne geen gebruik mag maken van clustermunitie? Zo ja, waarom is tot op heden die voorwaarde niet gesteld door de Nederlandse regering? Zo nee, op grond van welke juridische argumentatie komt u tot dat oordeel?

Vraag 6

Is de Nederlandse regering bereid om militaire steun aan Oekraïne slechts te verlenen indien dat land toezegt geen clustermunitie te gebruiken?

Vraag 7

De minister van defensie heeft deze week in Politico aangegeven dat de door Nederland geleverde F16’s ook ingezet mogen worden voor doelen in Rusland, anders dan geldt voor de door België geleverde toestellen. Kan de minister aangeven waardoor dit van België verschillende beleid wordt ingegeven?

Nederland heeft in 2008 haar eigen clustermunitie voor de F16 vernietigd, kan de minister garanderen dat de door Nederland geleverde F16’s niet gebruikt zullen mogen worden voor het gebruik van clustermunitie? Zo nee, waarom niet en is de minister bereid alsnog zo’n voorbehoud te maken?

Zo ja, hoe luiden de gemaakte afspraken terzake en welke gevolgen zou het onverhoopt schenden van die afspraken hebben?