Vragen Visseren-Hamakers (PvdD) over nieuwe kern­cen­trales


Indiendatum: 28 mei 2024

Vragen van de PvdD-fractie over kernenergie, 28 mei 2024

De fractie van de Partij voor de Dieren heeft de volgende aanvullende vragen naar aanleiding van het schriftelijk overleg (32 645 J) en naar aanleiding van de overige stukken (32 645 H; 32 645 I; brief d.d. 18 april 2024).

1. De Minister vermeldt dat hij momenteel samen met de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat onderzoekt of de afhankelijkheid van de Russische opwerkingsfabriek kan worden doorbroken, welke alternatieven er zijn voor opwerking, en wat de consequenties zijn van het niet-opwerken van uranium. Is dit onderzoek afgerond voor het geplande besluit over het bouwen van twee nieuwe kerncentrales en het langer openhouden van Borsele? Zo ja, wordt deze kennis meegenomen in de besluitvorming. Zo nee, kan de Minister alsnog ervoor zorgdragen dat dit onderzoek op tijd is afgerond voor deze besluitvorming, zodat dit kan worden meegewogen in de besluitvorming?

2. De Minister stelt dat hij niet kan inschatten hoeveel radioactief afval in de hele keten wordt geproduceerd voor de Nederlandse kerncentrale(s). Dat vindt onze fractie eerlijkgezegd een onbevredigend antwoord. Wij verzoeken de Minister alsnog een poging te wagen om deze vraag te beantwoorden. In veel sectoren is ketenverantwoordelijkheid een normale manier van produceren geworden – producenten worden niet alleen verantwoordelijk gehouden voor hun eigen duurzaamheidsprestaties, maar ook voor die van hun toeleveranciers. Is de Minister het met onze fractie eens dat dit ook zou ook moeten gelden voor een sector als kernenergie? En zou de Minister een start willen maken met deze ketenverantwoordelijkheid? Wat is het totaal geproduceerde kernafval van alle toeleveranciers in de keten waar de kerncentrale in Borsele zijn uranium van afneemt? En wat is de bredere milieu- en sociale impact van de mijn(en) waar het uranium voor de kerncentrale in Borsele wordt gewonnen? Graag een antwoord op al deze vragen.


3. Kan de Minister een inschatting maken van hoe lang er nog voldoende economisch rendabel uranium is voor de huidige en geplande wereldwijde productie van kernenergie, met en zonder opwerking? Met andere woorden, wanneer is het uranium ‘op’? En wordt hiermee rekening gehouden in de kosten-baten analyses in de plannen voor de twee nieuwe kerncentrales en hun afschrijvingstermijn? Wordt deze kennis meegenomen in de besluitvorming over de eventuele nieuwe kerncentrales?


4. Wat zijn de verwachte investeringen van de overheid voor de te bouwen kerncentrales? In welke mate zijn hierbij onvoorziene hogere kosten meegenomen (bv. door de eerste begrotingen voor nieuwe kerncentrales en de uiteindelijk daadwerkelijk gemaakte kosten van kerncentrales in het buitenland te vergelijken)? Hoe verhouden deze investeringen zich tot de investeringen van de overheid in hernieuwbare energie, zoals wind of zon (per eenheid geproduceerde elektriciteit), of energiebesparing? Wordt deze rekensom ook meegenomen in de besluitvorming over de eventuele nieuwe kerncentrales? Dus, met andere woorden, krijgt de Nederlandse burger wel het beste klimaat- en energiebeleid per euro belastinggeld als de overheid in kernenergie investeert?


5. In welk jaar zouden de eventueel te bouwen nieuwe kerncentrales op z’n vroegst in gebruik kunnen worden genomen? Wanneer zouden de eerste SMRs op z’n vroegst in gebruik kunnen worden genomen?

6. Hoe zou een toekomstig Nederlands energiesysteem zonder kernenergie (kerncentrales of SMRs) eruit kunnen zien? Hoe zou de energiemix eruit zien? Moeten we dan meer investeren in groene waterstof, wind- en zon en energiebesparing?

7. Welke investeringen voorziet de Minister in het elektriciteitsnet naar aanleiding van de eventuele bouw van twee nieuwe kerncentrales, en hoeveel wordt hiervan gefinancierd door de overheid? Gedetailleerde gegevens worden pas in 2025 verwacht, maar kan de Minister de Kamer informeren over de relatieve verantwoordelijkheid van de overheid voor deze investeringen? Zijn de definitieve cijfers bekend voordat het besluit wordt genomen over de eventueel te bouwen kerncentrales en worden deze gegevens meegewogen in het besluit?

8. Wordt in de MER ook de milieu impact in de keten (van mijn tot energie opwekking) meegenomen – met andere woorden, niet alleen de bouw van de kerncentrales maar ook hun gebruik? Zo nee, waarom niet, en is de Minister bereid dit alsnog te besluiten?

9. Wat zijn de verwachte investeringen van de overheid in een SMR? Welke rol heeft de rijksoverheid in de besluitvorming over de eventuele bouw van een SMR? Welke rol hebben provinciale en lokale overheden? Is de Minister het met de fractie van de Partij voor de Dieren eens dat de rijksoverheid een belangrijke rol heeft in deze besluitvorming gezien de veiligheidsaspecten van deze besluitvorming?

10. Waarom heeft het Kabinet gekozen voor het onderzoeken van de mogelijkheden voor de bouw van twee nieuwe kerncentrales? Waarom niet 1, 3 of 4? Zijn twee nieuwe kerncentrales volgens het Kabinet voldoende om, samen met andere energiebronnen en de inzet op energiebesparing, te voorzien in de toekomstige Nederlandse energiebehoefte?

Interessant voor jou

Vragen Visseren-Hamakers & Nicolaï (PvdD) naar aanleiding van de deskundigenbijeenkomst op 14-5-2024 over de wet Dieren

Lees verder

Nadere vragen Koffeman (PvdD) over geen subsidies op het stoken van houtige biomassa

Lees verder

    Learn More Doneer