Nadere vragen van Prast (PvdD) over derde inci­dentele supple­men­taire begroting Finan­ciën


Indiendatum: 27 sep. 2022

Inbreng PvdD in reactie op de beantwoording van de vragen naar aanleiding van de Derde incidentele supplementaire begroting Financiën

De leden van de Partij voor de Dieren danken de minister voor haar antwoorden op de vragen over het delen van interne bestuursinformatie over AFKLM met de minister en hoe zich dat verhoudt tot de regels omtrent marktmisbruik. Zij hebben wel behoefte aan nadere toelichting.

De minister zei in het debat over de Derde Incidentele supplementaire begroting Financiën dat de betreffende commissaris informatie deelt met de minister zodat deze kan overwegen wat hij doet met de informatie die hem toekomt. De minister schrijft nu dat ook de Staat en het betreffende AFKLM board-member zich aan de regels omtrent marktmisbruik moeten houden, waaronder het verbod op het delen van insider-informatie, maar ook dat het onderhavige geval zou voldoen aan de voorwaarden voor uitzondering op deze regels.

Deze leden vragen een nadere uitleg op basis waarvan de minister concludeert dat de uitzondering van toepassing is op het onderhavige geval omdat het delen van informatie nodig zou zijn in de normale uitoefening van werk, beroep of functie. De minister verwijst bij dit laatste naar een uitspraak van het Europese Hof van Justitie uit 2005 in de strafzaak tegen Grøngaard. Het Hof spreekt daarin over “strikt noodzakelijk”. Voorbeelden die juristen hiervan geven is het geval dat een directiesecretaresse notulen moet uittypen of het geval dat de interne accountant informatie met de externe accountant moet delen.

Is de minister van oordeel dat het delen door een board-member van insider-informatie met een (groot)aandeelhouder onder deze categorie valt? Zo ja, betekent dit dat alle commissarissen van beursgenoteerde ondernemingen dergelijke informatie ongestraft mogen delen?

In de zaak Gröngaard ging het om een commissaris die de werknemers vertegenwoordigde en door hen was aangewezen. Is de formele status van het AFKLM-member daarmee vergelijkbaar?

De uitspraak van het Europese Hof uit 2005 geeft in het kader van de restrictiviteit ook aan dat in geval van opeenvolgende mededelingen elke mededeling aan de uitzonderingsvoorwaarden moet voldoen. Is de minister het met deze leden eens dat daaruit valt af te leiden dat het structureel delen van informatie niet voldoet aan het restrictiviteitscriterium?

Is het onderhavige geval voorgelegd aan de Autoriteit Financiële Markten (AFM)? Zo ja, wanneer?

Zo nee, waarom niet? Beschikt de minister over een oordeel van de AFM over het delen van insider-informatie door de board-member? Zo ja, is ze bereid dat met de Kamer te delen?

De leden van de Partij voor de Dieren zien uit naar de antwoorden van de minister.

Interessant voor jou

Vragen van Koffeman (PvdD) over bejaagbaarheid grauwe gans

Lees verder

Vragen van Nicolaï over salariskorting werknemers Aruba

Lees verder

    Learn More Doneer