Bijdrage Niko Koffeman (PvdD) Algemene Politieke Beschou­wingen 2020


"Niet terug naar het oude abnormaal"

27 oktober 2020

Voorzitter,

Ik wil beginnen met een compliment aan het kabinet, dat in deze tijden van grote onzekerheid optimisme blijft uitstralen over de toekomst. Ik weet dat de premier altijd op zijn hoede is bij complimenten vanuit de oppositie, en dat is verstandig, want complimenten over stuurmanskunst hoeven niet te betekenen dat je het eens bent met de koers. Dat, voorzitter zijn we inderdaad niet. Maar dat doet niets af aan de complimenten.

Voorzitter, in het optimisme dat de premier uitstraalt komt iets terug uit zijn Pamflet van een optimist, dat hij in 2008 publiceerde, toen hij pleitte voor een route naar een moderne economie. Hij zag in zo’n moderne economie destijds geen ruimte voor het op elkaar stapelen van varkens in megastallen, hij pleitte voor andere energie-oplossingen, anders dan het fossiele denken, kortom in 2008, tijdens de vorige crisis, zette de fractievoorzitter van de VVD toen in op een andere koers.

Daar is het niet van gekomen, voorzitter, we weten allemaal waarom niet. Nederland is een coalitieland waar tegenstrijdige opvattingen en belangen toch eenheid van beleid moeten gaan vormen. Modern en onafhankelijk was het streven, het werd fossiel en afhankelijk van buitenlandse grondstof- en afzetmarkten.

Maar, voorzitter, “never waste a good crisis”, zei Winston Churchill al (letterlijk: never let a good crisis to waste) en in die zin biedt de coronacrisis naast grote onzekerheden ook nieuwe kansen.

Maar in de miljardennota worden die nieuwe kansen niet of nauwelijks benut.

Alle herstelmaatregelen lijken gericht op business as usual, op behoud van of terugkeer naar het oude normaal, dat eigenlijk helemaal niet zo normaal was.

Voorzitter, is het normaal dat een klein landje als Nederland 70% van z’n agrarische productie exporteert om daarmee de slager en de melkboer van de wereld te zijn? Oud-minister Veerman zei daarover na z’n ministerschap: “Het systeem is vastgelopen, we importeren grote hoeveelheden veevoer, we exporteren grote hoeveelheden varkens, kippen en koeien, en de rotzooi (80 miljard kilo mest) houden we hier.”

Dat was in 2007 en sindsdien is er niets gebeurd dat enige verandering bracht in de situatie. Sterker nog, toen het ging over de uitkoop van varkenshouders was de Rabobank penvoerder van het regeringsbeleid. Die zijn er niet om de augiasstal uit te mesten, voorzitter, maar om hun eigen straatje schoon te vegen.

Professor Erisman zei het zo: Boeren hébben geen verdienmodel, ze zíjn een verdienmodel. Van de Rabobank, van de leveranciers van veevoer, van de leasemaatschappijen, van hun steeds duurdere landbouwwerktuigen, kortom: boeren zitten knel als nertsen in een heel klein kooitje. Ze kunnen geen kant op, ze worden horendol van steeds weer nieuwe maatregelen op het gebied van fosfaat, stikstof, fijnstof, stank- en geluidsoverlast, zoönosen, uitstoot van broeikasgassen en bescherming van natuurgebieden.

Niet omdat die maatregelen niet deugen, niet omdat de boeren niet deugen, maar omdat ze speelbal zijn van financiële belangen die ze zelf niet bedacht of gewild hadden en die nu als een molensteen om hun nek hangen. Elke dag stoppen 7 boeren, veelal van agrarische gezinsbedrijven, en het enige perspectief dat de Rabobank biedt is slikken of stikken. Of je groeit groter, of je sluit de tent.

Dat, voorzitter, is juist nu in tijden van coronacrisis niet langer vol te houden.

De crisis waarschuwt ons, niet om snel terug te gaan naar business as usual, naar het oude abnormaal, maar om daaraan te ontsnappen. Wat we weten is dat planten nog nooit een pandemie veroorzaakt hebben en dat de kans klein is dat ze dat ooit wél zullen doen, en dat 75% van de virusdreigingen van onze tijd te maken hebben met de manier waarop het mensdom met het dierenrijk omgaat.

Wij mensen vormen slechts 0,01% van het leven op aarde en we gedragen ons als een dodelijk virus voor die andere 99,9% van het leven. We zijn in extase als er mogelijk leven op Venus ontdekt wordt, maar voor het leven op aarde hebben we nauwelijks aandacht. We proberen het geheel naar onze eigen kortetermijnbelangen te plooien en brengen onszelf en komende generaties daarmee in groot gevaar.

Het coronavirus zou een wake up call moeten zijn. Waar wij de natuur vernietigen en in onze veehouderij onnatuurlijk grote aantallen dieren naast elkaar laten leven, of zelfs op elkaar, is er een levensgrote pandemische dreiging. Q-koorts heeft in Nederland meer dan 100 mensen gedood en duizenden mensen chronisch ziek gemaakt. Een kwart van de bloeddonoren bij Sanquin blijkt met het varkensvirus Hepatitis E besmet te zijn. Wie in het ziekenhuis wordt opgenomen, moet een verklaring tekenen niet recent in aanraking te zijn geweest met de intensieve veehouderij, omdat we bang zijn voor de multiresistente MRSA-bacterie. We gaan letterlijk op een ziekmakende manier met dieren om, waarbij geld verdienen de enige rechtvaardiging vormt.

Corona is niet meer dan een generale repetitie, heeft een sterftecijfer dat in individuele gevallen tot een dramatische afloop kan leiden, maar dat we als samenleving zouden kunnen overleven. Maar vogelgriep, H5N1, zou bij besmetting van mens tot mens 60% van alle mensen die besmet worden het leven kunnen kosten, berekende professor Fouchier van het Erasmus Medisch Centrum.

Zo’n waarschuwing zou je heel serieus moeten nemen in een land waar elk jaar 600 miljoen kippen leven en sterven, maar er is niets dat wijst op een ander beleid in dat opzicht.

Als we deze crisis willen benutten, voorzitter, voor een volhoudbare toekomst, niet alleen voor ons, maar ook voor komende generaties, dan zullen we deze crisis serieus moeten nemen, nu de tweede golf van Corona zich heeft aangediend en in andere landen al over een derde golf wordt gesproken. Het is onbestaanbaar dat we een fossiel bedrijf als KLM blijven steunen met een veelvoud van de beurswaarde van het bedrijf.

Hoe kun je meer dan 3 miljard voor KLM reserveren als de beurswaarde van heel AirFrance-KLM inmiddels is verdampt tot minder dan de heft van dat bedrag? Kan de minister aangeven hoeveel de aandelen KLM die hij vorig jaar voor 744 miljoen in strijd met de regels kocht? Graag een reactie. Het bedrijf is technisch failliet, de omvang van de luchtvaart krimpt op dit moment tot een kwart van normaal, dan kun je toch niet net doen alsof het oude normaal weer bereikbaar zou kunnen zijn?

Terwijl het kabinet het nog steeds vooral over geld heeft, smelten de ijskappen in een duizelingwekkend tempo. Achter deze crisis doemt de klimaatcrisis op, die vele malen verstrekkender zal zijn dan sommige partijen in dit huis durven geloven. Zeker, de Troonrede ging dit jaar niet alleen over het ondernemersklimaat, maar ook over de opwarming van de aarde, maar het politieke klimaat weerhoudt het kabinet de daad bij het woord te voegen.

We spreken vandaag over een feestbegroting in crisistijd. Nu lenen is geld verdienen. We investeren onszelf uit de crisis. Vergelijkbaar met de verhalen van Baron van Münchhausen die zichzelf aan zijn eigen haren uit het moeras trok. Het is onbegrijpelijk dat het kabinet zich voor een dergelijke vorm van politieke marketing leent. Niet alleen de kostbaarste verkiezingscampagne uit de geschiedenis, maar ook de grootste verkiezingscampagne ooit met volledig geleend geld.

We krijgen er allemaal een beetje bij, maar in de begroting van het Koninklijk Huis gaat het wel met hele grote stappen. Dat prinses Amalia straks 1,6 miljoen zakgeld per jaar krijgt, ook in crisistijd, niet om wat ze presteert maar om wie ze is, is onverteerbaar.

Ook de salarisverhoging voor de Koning met meer dan 5% is geen redelijke salarisontwikkeling voor iemand die aangeeft betrokken maar niet onfeilbaar te zijn. Daarom wil ik het kabinet vragen om alle publieke functies onder de Wet Normering Topinkomens (WNT) te brengen, zonder uitzondering. Graag een reactie, ik overweeg een motie op dit punt.

Voorzitter, onze economie heeft de vorm van een kaartenhuis aangenomen. Een piramidespel kan niet zonder nieuwe inleg. In die zin voldoet de miljardendans met geleend geld in deze begroting aan alle voorwaarden om de geschiedenis in te gaan als het grootste ponzi schema ooit. Niemand kent de gevolgen, maar geld dat stom is maakt recht wat krom is, is de ongefundeerde verwachting.

Het neoliberale denken van een kleine overheid en een grote vrije markt met vrijwel ongelimiteerde vrijheid en globalisering, wankelt en doet nu op grote schaal een beroep op overheidssteun, zelfs door multinationals die in ons land vrijwel geen belasting betaald hebben, maar wel profiteren van onze infrastructuur.

Dat, voorzitter is de wereld op z’n kop.

Voorzitter, in de dertien jaar dat de Partij voor de Dieren in dit huis vertegenwoordigd is heb ik vaak de reflex gezien, zowel bij andere partijen, als bij het kabinet: “Het mag best over dieren gaan, maar nu even niet”. Vanaf onze oprichting hebben we gewaarschuwd tegen de pandemische dreigingen die voortvloeien uit de wijze waarop we omgaan met dieren, natuur en milieu. De steevaste reactie was dat het zo’n vaart niet zou lopen, voorzitter.

Inmiddels zijn we in de greep geraakt van een op zichzelf genomen vrij mild virus vanuit de dierenwereld. Nooit eerder hebben dieren zo’n grote invloed gehad op ons leven, op onze economie, op ons denken en op angsten en maatregelen om die angst te reduceren.

Dat zou een keerpunt kunnen zijn, móeten zijn, maar alles wat we zien, is terugkeer naar het oude normaal, eigenlijk het oude abnormaal.

Laten we ons weer druk gaan maken over alles wat het leven echt de moeite waard maakt, over alles wat onze toekomst niet bedreigt, maar veilig stelt. Over een wereld waarin het belang van de zwakste beschermd wordt tegen het recht van de sterkste.

Waar geld niet meer is dan een hulpmiddel in ons handelen en niet de hoofdzaak van ons beleid.

Laten we leren van deze crisis en een transitie in gang zetten naar een meer plantaardige en dus meer diervriendelijke samenleving, die uitzicht biedt op een gelukkig leven voor komende generaties, zonder onbeheersbare pandemische dreigingen.

In dat kader, voorzitter, ben ik voorts van mening dat er een einde moet komen aan de bio-industrie.

Dank u wel.