Schriftelijke inbreng Visseren-Hamakers (PvdD) over begrotingsstaten Economische Zaken 2025, Klimaat en Groene Groei 2025 en Klimaatfonds 2025
Indiendatum: 14 jan. 2025
Inbreng Partij voor de Dieren Begrotingsstaten Economische Zaken 2025 (36 600 XIII), Begrotingsstaat Klimaat en Groene Groei 2025 (36 600 XXIII) en Begrotingsstaat Klimaatfonds 2025 (35 600 M)
14 januari 2025
De fractie van de Partij voor de Dieren heeft de volgende vragen over de begrotingsstaten.
Begrotingsstaten Economische Zaken 2025 (36 600 XIII)
De begroting reflecteert een economische groei van 1.6%, en de term economische groei wordt impliciet als synoniem gebruikt voor welvaart. Aandacht voor brede welvaart wordt bijna parallel behandeld, als los van economische groei, terwijl dit geïntegreerd behandeld zou moeten worden. Ook wordt het BBP ook als indicator gebruikt voor de term Brede Welvaart. Dus terwijl er wel wordt gesproken over Brede Welvaart overheerst, naar de mening van onze fractie, het doel van economische groei.
- Waarom rekent de minister nog steeds in termen van economische groei? Sommige economische groei is minder gewenst dan andere, dus een algemene doelstelling voor economische groei is geen goede indicator voor hoe het gaat Nederland en haar economie.
- Is de minister bereid aandacht voor Brede Welvaart verder te integreren in het algemene economische beleid, in plaats van dit als iets extra te behandelen?
- Hoe werkt de minister aan afbouwen van de niet-duurzame economie? Dit is een belangrijk onderdeel van het streven naar een duurzame economie. De minister heeft relatief veel aandacht voor het bouwen aan een meer duurzame economie maar heeft, volgens onze fractie, minder aandacht voor het afbouwen van de niet-duurzame economie, terwijl dit wel noodzakelijk is voor brede welvaart.
De begroting erkent dat ruimte schaars is.
- Welke prioriteiten heeft de minister in deze schaarse ruimte?
- Is de minister op de hoogte van het feit dat de veehouderij en de productie van veevoer een groot beslag legt op de schaarse ruimte in Nederland?
- Is de minister het met de Partij voor de Dieren eens dat een groot aantal ruimtelijke, duurzaamheids- en dierenwelzijnsproblemen zouden worden geadresseerd als de veehouderij en de productie van veevoer zouden verkleinen? Graag een reflectie van de minister.
De minister onderschrijft het belang van kritieke grondstoffen.
- Welke randvoorwaarden in termen van duurzaamheid en rechtvaardigheid hanteert de minister bij dit beleid inzake kritieke grondstoffen?
Begrotingsstaat Klimaat en Groene Groei 2025 (36 600 XXIII)
In de beantwoording op de schriftelijke vragen van onze fractie in het kader van de Algemene Financiële Beschouwingen heeft het kabinet een overzicht gegeven over verschillende investeringen en kosten ten behoeve van kernenergie. Die bedragen volgens het overzicht 14.1 miljard euro (t/m 2035) in het Klimaatfonds.
Daar bovenop zijn er al middelen uit het Klimaatfonds (ongeveer 350 mln) overgeheveld naar de KGG begroting voor SMR’s, voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe kerncentrales en versterken van de kennisinfrastructuur. Onderdeel hiervan is 12,8 mln voor het langer openhouden van de kerncentrale in Borssele.
- Zijn dit inderdaad alle kosten voor kernenergie van de rijksoverheid? Zijn er niet bv. lopende reserveringen/voorzieningen etc. voor de huidige kerncentrale in Borssele, COVRA of andere bedrijven in de kernenergieketen waarmee de Rijksoverheid een relatie heeft? Zo staat bijvoorbeeld in de begroting van Financiën een garantstelling van 9.2 mld euro in het kader van de Wet aansprakelijkheid kernongevallen (WAKO). Het overzicht was dus nog niet compleet. Dus graag alsnog een compleet overzicht van de kosten/reserveringen/voorzieningen op het gebied van kernenergie in de Rijksbegroting, met nadere informatie waar deze kunnen worden gevonden op de begroting.
- In het verlengde hiervan ontvangt onze fractie graag een overzicht welke ministeries verantwoordelijk zijn voor welke aspecten inzake kernenergie (ontwikkeling, risico’s, afvalvoorzieningen etc.). Kunnen deze verantwoordelijkheden worden uitgesplitst per ministerie en per onderdeel van de kernenergie agenda (Borssele, plan om Borssele langer open te houden, plan voor nieuwe kerncentrales, SME’s, kernafval, garantstelling etc.)?
De volgende informatie is publiek beschikbaar over het eigendom van de kerncentrale in Borssele. De kerncentrale in Borssele is eigendom van EPZ. 70% van de aandelen van EPZ zijn in handen van de ZEH (met provincies en gemeenten als aandeelhouders); de andere 30% is in handen van Energy Resources Holding B.V. (ERH B.V.).
- Wie zijn de aandeelhouders van ERH B.V.?
- Wat zijn de geschatte kosten voor ontmanteling van Borssele? Heeft de Nederlandse Staat verantwoordelijkheden bij de ontmanteling, zo ja welke?
- Welke kosten maakt de Nederlandse Staat voor de definitieve opslag van kernafval (inclusief het afval dat wordt geproduceerd bij ontmanteling), b.v. via de staatsdeelneming COVRA?
- Hoe zijn Nederlandse overheden (Rijk, provincies, gemeenten) betrokken bij de ontwikkeling en productie van kernenergie en afval en de ontmanteling van kerncentrales? Met andere woorden welke rollen hebben zij, en hoe groot zijn de financiële belangen van de verschillende overheden bij de kernenergie keten?
In aanvulling op de vragen die onze fractie in samenwerking met OPNL en andere fracties heeft gesteld t.a.v. gaswinning, heeft onze fractie de volgende vragen.
- Hoeveel kost gas- en oliewinning in Nederland de Nederlandse Staat momenteel? Hoeveel inkomsten verkrijgt de Nederlandse Staat door gas- en oliewinning? Graag deze gegevens uitsplitsen per soort energie en per jaar. Waar staan deze gegevens op de Rijksbegroting?
- Wat zijn de te verwachten kosten en opbrengsten van de versnelling van de realisatie van de productie van gaswinning van het Kabinet? Graag uitsplitsen per locatie. Wat is de te verwachten gasopbrengst van deze versnelling en realisatie? Op welke termijn verwacht het kabinet deze versnelde productie? Wat zijn de financiële en milieurisico’s van deze realisatie en productie?
In antwoorden op onze schriftelijke vragen over groen gas in het kader van de behandeling van de Energiewet zegt het kabinet het volgende:
Het kabinet stimuleert de opschaling van groen gas via verschillende instrumenten, waaronder de SDE++, de DEI en de voorziene bijmengverplichting groen gas. Deze ondersteuning is van belang om de bijdrage van vergisting en vergassing aan hernieuwbare energieproductie en het verduurzamen van de landbouwsector mogelijk te maken (zie ook Kamerstukken II, 2022/23, 32813, nr. 1146). Er is geen gereserveerd budget specifiek voor groen gas productie als geheel of voor individuele soorten van groen gas. Via de DEI+ wordt ondersteuning gegeven aan innovatieprojecten waarbij vergassingstechnologie gedemonstreerd en opgeschaald wordt, waarbij groen gas een eindproductie kan zijn. Vanuit het Klimaatfonds is er € 600 miljoen beschikbaar voor meerjarige DEI+-rondes.
In de regeling van de Minister van Economische Zaken, de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselkwaliteit en Natuur en de Minister van Klimaat en Groene Groei van 18 december 2024, nr. WJZ/ 95850148 tot vaststelling van de subsidieplafonds en termijnen van openstelling van subsidie-instrumenten op hun respectievelijke beleidsterreinen (Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2025) staat dat €109 mln euro subsidie beschikbaar komt voor ‘vergassing van reststromen’.
- Kan de minister de definitie ‘vergassing van reststromen’ toelichten? Welke reststromen vallen hier exact onder? Is deze subsidie bedoeld voor het stimuleren van de productie van ‘groen’ gas? Zo nee, onder welke subsidie valt de productie van ‘groen’ gas? Zo ja, zijn er nog andere subsidies bedoeld voor de ontwikkeling van de productie van ‘groen’ gas? Zo ja, welke subsidies zijn dit?
- Omvatten de MMIP’s (Meerjarig Missiegedreven Innovatie Programma’s) ook ‘groen’ gas? Zo ja, voor welke soorten ‘groen’ gas en wat is de omvang van dit budget?
- Graag ontvangt de Partij voor de Dieren fractie het totaalbedrag dat gaat naar het stimuleren/ontwikkelen/subsidiëren van projecten van ‘groen’ gas in de EZ/KGG begrotingsstaten 2025.
- Waarom spreekt het kabinet van ‘hernieuwbare energieproductie’ als het gaat om ‘groen’ gas? Mest of kadavers zijn toch niet hernieuwbaar?
Begrotingsstaat Klimaatfonds 2025 (35 600 M)
- De fractie van de Partij voor de Dieren vraagt zich af of de prioriteiten zoals gekozen in het Klimaatfonds de meest doeltreffende en doelmatige instrumenten om de doelen van het Klimaatbeleid (55% in 2030 en klimaatneutraal in 2050) te realiseren, met name voor de 2030 doelen. Graag een reactie van de minister.
- De MvT van de begrotingsstaat noemt 3 bestedingsdoelen. Hoe zijn de middelen van het Klimaatfonds verdeeld over deze 3 doelen?
- Hoeveel van de huidige bestedingen en reserveringen van het fonds worden besteed aan energiebesparing?
- Is de minister bereid om de bestedingen voor energiebesparing een aparte categorie te maken, zodat inzichtelijk wordt en blijft hoe het klimaatfonds bijdraagt aan energiebesparing?
- Waarom heeft de minister gekozen voor ophoging van het perceel kernenergie en bezuinigingen op groene waterstof, batterijen en andere doelen?
- Hoe zorgt de minister ervoor dat het beoogde informatiecentrum over kernenergie ook de negatieve aspecten van kernenergie communiceert? Is de minister bereid om hiervoor in overleg te gaan met organisaties die kritiek hebben op de inzet van het kabinet op kernenergie?
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen Nicolaï (PvdD) over overgangsrecht btw-verhoging
Lees verderSchriftelijke inbreng Visseren-Hamakers (PvdD) over Begrotingsstaten Financiën en Nationale Schuld 2025
Lees verder