Inbreng Nicolaï (PvdD) over Instellingswet Adviescollege toetsing regeldruk
Indiendatum: 8 apr. 2025
Inbreng van de leden van de Partij voor de Dieren met betrekking tot de Instellingswet Adviescollege toetsing regeldruk.
Vraag 1
Erkent de regering dat regeldrukeffecten even sterk door beleidsregels als door wettelijke voorschriften kunnen worden veroorzaakt? Zo nee, op grond van welke onderzoeksresultaten is dat antwoord gebaseerd? Zo ja, waarom is in artikel 3, derde lid de bevoegdheid van beide Kamers om advies te vragen beperkt tot wettelijke voorschriften?
Vraag 2
Als er een wettelijke plicht bestaat voor de regering om een algemene maatregel van bestuur ter beoordeling van de Tweede of Eerste Kamer voor te leggen, waarom komt dan aan de Kamer geen bevoegdheid toe om advies te vragen aan het Adviescollege over de regeldrukeffecten van die algemene maatregel van bestuur?
Vraag 3
Hoe stelt de regering het zich praktisch voor dat de Tweede Kamer advies kan vragen over regeldrukeffecten van een voorgesteld amendement?
Vraag 4
Hoe stelt de regering het zich praktisch voor dat de Eerste Kamer advies kan vragen over regeldrukeffecten van een wetsvoorstel of van amendementen? Dient een eerste verslag pas plaats te vinden nadat het advies van het Adviescollege is verkregen?
Vraag 5
In artikel 3, vijfde lid, wordt gesproken over ‘een beleidsvisie’.
a. Is het bepaalde in dat lid van toepassing op elk schriftelijk stuk waarin beleid is verwoord?
b. Hoe verhoudt zich dat met het bepaalde in artikel 1 waar uit de definitie van ‘ervaren regeldruk’ blijkt dat het moet gaan om regeldruk die voortvloeit uit van wet- en regelgeving’? Beleidsregelgeving en beleidsvisie zijn toch verschillende begrippen? Kan de regering dat verduidelijken?
Vraag 6
Welke bepaling ziet op advisering over regeldrukeffecten van bestaande beleidsregels die door een minister zijn vastgesteld? Als deze bepaling ontbreekt, is de regering dan bereid om daarin alsnog te voorzien door aanpassing van het wetsvoorstel?
Vraag 7
Blijkens de definitie van ‘regeldrukeffecten’ is beoogd om ‘de samenleving’ te behoeden voor onaanvaardbare regeldrukeffecten.
a. Op welke wijze is voorzien in een juridisch middel voor bedrijven, instellingen zonder winstoogmerk, burgers, vrijwilligers en beroepsbeoefenaren om onaanvaardbare regeldrukeffecten onder de aandacht van het adviescollege te brengen en wordt aan hen het recht gegeven om van het adviescollege te verlangen dat het aandacht besteed aan hun klachten?
b. Als dit middel ontbreekt, is de regering dan bereid om dat hiaat door aanpassing van het wetsvoorstel te dichten?
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Vragen Visseren-Hamakers (PvdD) over onderdelen van de Klimaatnota 2024 die zien op de bijdrage van de landbouwsector aan klimaatdoelen.
Lees verderVragen Visseren-Hamakers (PvdD) naar aanleiding van de nota van antwoord met betrekking tot het Klimaatplan (32.813, BH)
Lees verder